
Van zwart gat naar wit licht. Met een regenboog aan kleur daar tussenin. Mijn spoedcursus naar verlichting. Met als hoofd thema: zelfliefde! Een thema dat altijd wel als een rode draad door mijn leven heeft gelopen. Een thema dat eigenlijk geen thema hoort te zijn. Maar wel eentje waarmee het merendeel van ons worstelt.
Ik ben op zich best tevreden met mezelf. Zelfverzekerd. Onafhankelijk. Stoer. Slim. Maar waarom kreeg ik dan steeds de feedback dat ik meer van mezelf mocht gaan houden? Feedback die me raakte en bleef hangen. Ok! Mezelf dus volledig omarmen en accepteren. Ook die dingen die ik het meest hekel. Eigenschappen en issues die ik vervloek. Patronen die ik al jaren probeer te lozen of te doorbreken. Kortom, het lief hebben van zowel de engel als de duivel in mij. Dat bleek nog niet zo eenvoudig. Want hoe dan?! Ik ben iemand die alles wilt weten, verklaren of begrijpen. Maar juist dat streven naar antwoorden, naar inzichten, naar verlichting en zelfliefde stond mij in de weg. En was ronduit slopend! Verlichting is namelijk geen doel. Niet iets wat je kunt worden of nastreven. Het is er altijd en overal. Het zit in alles. In de alledaagse kleinste of grootste dingen.
Afgelopen week kwam paniek, een monster uit mijn verleden, onverwacht weer eens op bezoek. Voorheen vocht ik met man en macht tegen dit geweld. Maar dit keer niet. Deze keer deed ik niets. Nou ja, niets... Als eerst werd ik me bewust van de aanwezigheid van paniek. Met alle bijbehorende lichamelijk symptomen. Daarna zei ik vriendelijk hallo. Kom binnen. Vervolgens deed ik niets. Ik liet het er zijn. Ik onderging alle gevoelens en prikkels op dat moment, zonder er tegen te vechten. Zonder er van alles van te vinden. Toen verscheen er plots een soort interne glimlach. Op het moment dat ik me bewust werd van het feit dat ik letterlijk aan het glimlachen was, terwijl mijn lijf van binnen een oorlog aan het voeren was, ging er bij mij een lampje branden. Hier gaat het dus allemaal om Susan. Dit IS verlichting. Zomaar. Puur. Vanzelfsprekend. Oprecht. Ik hoef er helemaal niets voor te doen. Of te laten. Ik hoef niets te proberen, verklaren of begrijpen. Ik hoef er alleen maar te zijn. En vooral zo min mogelijk doen. Ineens was er interne rust en vertrouwen. In alles. In het leven. In mijn lijf. In mezelf. In iets dat groter is dan ik. En tegelijkertijd was er zelfliefde.
Houden van mijzelf bleek voor mij niets meer en minder dan het stoppen met vechten. Vechten tegen alles. Tegen mensen, situaties, gebeurtenissen, de maatschappij, mijn geliefde, mijzelf. Het loslaten van zoeken naar antwoorden, begrip en verklaringen. Het accepteren van dat wat is. Volmondig JA zeggen tegen het moment waarin ik me bevind. Of dat nu plezierig is of niet. Geen kop in het zand, en ook niet proberen slimmer te zijn dan iets waar ik toch geen grip op heb. Niet te streng zijn voor mezelf. Mezelf niet langer veroordelen of verwijten. Maar al glimlachend met empathie en compassie mezelf en het moment omarmen. En daarbij vooral lief zijn voor mezelf. Lief, liever, liefst.
Share this story